Lezingen

Onder dit motto geeft Harry Jongen - alias "De Neus" een lezing over het opsporen van vermisten en identificatie van slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog, alsmede slachtoffers van misdrijven.
 
Hij is 36 jaar werkzaam geweest als beroepsmilitair bij de Bergings- en Identificatiedienst (voorheen "Gravendienst") Koninklijke Landmacht, waarvan 31 jaar als bergings- en identificatiespecialist.
Hij werd uitgezonden naar o.a. Nieuw-Guinea voor het bergen van een vermiste Dakota-bemanning in het onherbergzame Karstensgebergte en voor onderzoek naar massagraven in voormalig Joegoslavië en Kosovo;
Hij zwaaide in september 2000 af als commandant van de BID in de rang van Kapitein.
Vooral in de laatste tien jaar van zijn carrière heeft hij zowel nationaal als internationaal op specifieke wijze een specialisme uitgedragen m.b.t. het opsporen van vermisten en identificatie van slachtoffers, hetgeen hem de bijnaam "De Neus" opleverde.
Dankzij zijn grote vakkennis en formidabele reukorgaan -kwalitatief, niet kwantitatief - slaagde hij er in (slechts gewapend met een prikstok, zijn gezond verstand en zijn neus) vele listig verborgen slachtoffers van moord aan een anoniem graf te ontfutselen.
Parool-journalist Hans van der Beek schreef een boek over deze markante KL-speurder met als titel "De Neus" (ISBN 9053339590)
 
Wat kunt u bijvoorbeeld verwachten in een lezing:
Ingegaan wordt op:
 
Het opsporen, bergen en identificeren alsmede herbegraven van slachtoffers uit de Tweede Wereldoorlog;
Het bergen van vermiste bemanningsleden uit gecrashte vliegtuigen uit W.O.  II.
De (archeologische) wijze van openlegging van "veldgraven" alsmede diverse identificatie- en onderzoekmethodes;
Zijn specifieke manier van opsporing met gebruikmaking van "prikstok en neus";
Zijn ondersteuning bij het opsporen van slachtoffers van misdrijven, w.o.de geruchtmakende zaak Dutroux, waarbij hij de lichamen vond van An en Eefje.
 
De lezing zal worden ondersteund door middel van dia's "uit de praktijk" alsmede door   vertoning van  
videobeelden waarbij het macabere vak van Harry Jongen in het "Portret van De Neus"  duidelijk naar voren komt.
Wanneer de besproken stof tijdens de lezing spontaan vragen oproept, zal hierop direct en bondig ingegaan worden.
Desgewenst kunnen vragen gesteld worden over grafruimingen in het algemeen, omdat hij al vele jaren op- en herbegravingen alsmede overbrengingen van stoffelijke overschotten uitvoert binnen zijn Grafruimingsbedrijf.